Oorsprong
Wasbeerhondjes zijn oorspronkelijk afkomstig uit Japan. Ze zijn op grote schaal ingevoerd en leven nu vooral in het wild in Noord en Oost europa.
Hoewel de wasbeerhond veel lijkt op de gewone wasbeer zijn ze totaal niet aan de wasberen verwant maar eerder een verre neef van de tamme huishond.
In Japan, Duitsland, Frankrijk en Hongarije wordt de wasbeerhond ook nogal eens aangezien voor een Euraziatische das .De das heeft zwarte strepen op de witte kop, is sterker gebouwd heeft kortere benen en een kortere staart dan de wasbeerhond.
De leefomgeving van de wasbeerhond moet voldoen aan twee kenmerken:
Er moet water in de buurt zijn
In de herfst zijn ze voornamelijk afhankelijk van vruchten en bessen en dus leven ze in gebieden waar deze veelvuldig voorkomen.
Echter in stedelijke gebieden kan de wasbeerhond ook zeker overleven als er ongeveer 5% bosomgeving is.
Grote bedreigingen van de wasbeerhond in het wild:
Dood gereden worden
Doodgeschoten worden vanwege de overlast die ze kunnen veroorzaken
Jacht door de overheid gesubsidieerd
epidemieën (schurft, hondenziekte en rabies)
vervuiling
In Rusland is de wasbeerhond op grote schaal ingevoerd vanwege het bont. In het Europese deel van de voormalige sovjet unie was het een bloeiende bonthandel. Het bont van de wasbeerhond wordt tegenwoordig nog steeds commercieel verkocht maar de wasbeerhondjes leven vooral in fokkerijen. Een van de weinig landen waar wasbeerhondjes nog worden gefokt voor hun bont zijn Japan en Finland. In Zweden en Hongarije zijn in 1995 de laatste fokkerijen van wasbeerhondjes gesloten.
In Japan wordt het bont verder nog gebruikt om er kalligrafische borstels van te maken en worden er veel dieren opgezet.
Voedsel
Wasbeerhondjes zijn echte omnivoren en eten wat het seizoen ze biedt. Meestal vormen kleine knaagdieren het hoofdbestanddeel van hun voedsel. Ook insecten, ongewervelde dieren en verder kleine hagedissen en kikkers. Vogels en hun eieren worden ook door hen geconsumeerd. Verder eten ze ook planten waarbij vruchten en bessen hun voorkeur verdienen. Vooral in het najaar als de wasbeerhond daarna in winterrust gaat. Van de landbouwproducten worden maïskolven / zoete maïs, watermeloen, mandarijn,en peer vaak gevonden in magen van dode wasbeerhondjes.
Ook schaal en schelpdieren zoals kreeft en krab wordt gegeten indien voorradig.
In gevangenschap is het het beste als je een wasbeerhondje zoveel mogelijk gevarieerd voedsel aanbiedt. Ze zijn dol op vers vlees, welke je ongekookt in zijn geheel kunt geven ( kippenkarkassen, kippenpoten, kniestukken van runderen) Het enige wat niet goed voor ze is, is varkensvlees. Verder kun je hun voedsel uitbreiden met fruit, brood,noten en bessen.
Wasbeerhondjes zoeken hun voedsel dicht bij de grond. Op het moment dat ze jonge hebben is het mannetje de kinderoppas terwijl het vrouwtje erop uit gaat om eten te zoeken en het mannetje van eten te voorzien.
Wasbeerhondjes blijven hun hele leven een paartje en ze zijn zeer monogaam, je zult ze als ze op zoek zijn naar voedsel ook altijd bij elkaar in de buurt aantreffen.
Als de winterrust gaat beginnen daalt de voedselinname van de wasbeerhondjes aanzienlijk.
Winterrust
Winterrust is iets anders dan een winterslaap. Tijdens de winterrust worden de wasbeerhondjes wel eens wakker om iets te eten of te drinken, een dier wat in winterslaap is wordt in de tijd dat hij slaapt helemaal niet wakker.
Omdat de wasbeer toch verwant is aan de tamme huishond is het bijzonder dat ze een winterrust houden. Zeker als de winters streng zijn zoals in Scandinavië start hun winterrust in november en worden ze pas in maart weer actief.
Om de winterrust door te kunnen komen verdubbelen ze vanaf juni bijna hun gewicht. Een volwassen wasbeerhondje weegt in juni ongeveer 4,5 kg terwijl ze in oktober tussen de 8,5 en 12 kg wegen. Deze gewichtstoename bereiken ze niet door extra te eten maar juist door minder te bewegen.
Sociaal gedrag
Wasbeerhondjes zijn volstrekt monogaam, ze vormen een paartje voor het leven. Als een van de twee overlijdt dan zal de ander wel op zoek gaan naar een nieuwe partner. Een paartje deelt alles, zowel hun hol als hun voedsel. De vader speelt ook een grote rol in de oppas, en opvoeding van de pups.
Als de wasbeerhondjes volwassen zijn gaan ze veelal hun eigen gang, echter ze kunnen nog best blijven wonen binnen het gebied met andere volwassen wasbeerhondjes. Je ziet zelden twee wasbeerhondjes van het zelfde geslacht samen. Heel af en toe komt het voor dat twee mannetjes samen gaan jagen. Twee vrouwtjes samen is wel een bijzonderheid.
Alleen tijdens het seizoen dat de pups geboren worden of geboren zijn kunnen ze agressief zijn naar soortgenoten, ze laten dan met een soort gesnuif weten dat ze niet in de buurt moeten komen.
Leefgebieden van diverse groepen wasbeerhondjes overlappen elkaar. Rustplaatsen worden veelal wel gedeeld met verwanten. Ook de latrines worden gedeeld met meerdere wasbeerhondjes.
Wasbeerhondjes blaffen niet maar grommen wel. Het grommen lijkt wel meer op de klanken van een huiskat dan op dat van een gedomesticeerde hond.
Voortplanting
De voortplanting gaat bij wasbeerhondjes in dezelfde tijd als bij de wilde honden. In februari en maart piekt het testosteron gehalte van de mannetjes. Ook het progesteron niveau bij de vrouwtjes piekt in die tijd, zelfs als mannetjes afwezig zijn. Dit geeft dus duidelijk aan dat het seizoensgebonden gebeurt.
Wasbeerhondjes bereiken de seksuele rijpheid op de leeftijd van 9-11 maanden. Wasbeerhondjes kunnen elk jaar een nestje produceren als je er niets aan laat doen.
De draagtijd van een wasbeerhondje is 9 weken en ze brengen meestal tussen de 2 en de 12 pups ter wereld. De gemiddelde grootte van een nestje is 5 pups. Het hangt een beetje van het woonklimaat van de wasbeerhondjes af hoe groot de nesten zijn. Daarnaast is het ook belangrijk of er veel bessen waren in het voorjaar. Het aantal pups hangt op vele plaatsen af van de hoeveelheid bessen die beschikbaar waren in het najaar. De ouders van de pups betrekken een week van tevoren een hol. Meestal nemen ze een leegstaand hol van een das of een vos.
Het geboortegewicht van een pup ligt rond de 100 gram. De pups worden gespeend tot ongeveer 4-5 weken. De zorg van de pups ligt bij de beide ouders en de beide ouders gaan in die tijd ook om de beurt zelf hun eten halen. Er wordt geen eten gehaald voor de pups, die leren op de leeftijd van 4-5 weken hun eigen eten zoeken en moeten dan voor hun eigen kostje zorgen. Er kan dan echter nog wel gezoogd worden en worden ze bijgevoerd met melk.
Concurrenten
In het wild zijn de grote concurrenten van de wasbeerhond de rode vos en Euraziatische
Das.Echter de concurrentie is niet erg groot omdat beide concurrenten ook alles eters zijn is er over het algemeen volop voedsel voor de wasbeerhondjes.
In de winter is het eten schaars maar de wasbeerhondjes houden een winterrust en de dassen houden een winterslaap en dus hoeft er alleen voedsel te zijn voor de rode vos.
Sterfte
Natuurlijke sterfte
Loslopende verwilderde honden doden vaak wasbeerhondjes en dan met name de pups voor voedsel. Ook voor andere roofdieren zoals de vos, de wolf, de lynx en grotere roofvogels zijn de wasbeerhondjes prooidieren.
Veel pups sterven ook aan ondervoeding en parasieten.
Onnatuurlijke sterfte
Er wordt op wasbeerhondjes in het wild zelden gejaagd vanwege hun vacht omdat die van wilde wasbeerhondjes niet genoeg opbrengt. Er wordt echter wel op ze gejaagd omdat ze worden gezien als ongedierte.
Met uitzondering van Japan daar wordt wel op de dieren gejaagd vanwege hun vacht en ook de stroperij is een groot probleem daar.
Veel wasbeerhondjes en met name jonge wasbeerhondjes worden doodgereden. Dat is eigenlijk doodsoorzaak nummer 1 van de sterfte onder de wasbeerhondjes.
Verder overlijden er ook veel dieren aan parasieten zoals bijvoorbeeld schurft, ze kunnen echter zelf hiervan genezen maar wel drager zijn van een hele gevaarlijke parasiet (Echinococcus multilocularis) die ook gevaarlijk is voor mensen. Naast parasieten overlijden ook veel dieren aan worminfecties. Het grootste gevaar voor henzelf maar ook voor hun omgeving is dat ze drager kunnen zijn van rabies en dat dus over kunnen brengen op andere dieren en mensen.
Levensduur
De gemiddelde leeftijd van een wasbeerhondje is 7-8 jaar. Uitzonderlijk komt het voor dat ze in gevangenschap een jaar of 10 worden en het record staat op 13 jaar in gevangenschap.
De wasbeerhond als huisdier
Een wasbeerhondje is in principe een heel makkelijk huisdier. Ze eten vrijwel alles en vragen alleen voldoende ruimte. Het is echter wel belangrijk dat je een aantal dingen in gedachten neemt als je denkt over de aanschaf van een wasbeerhondje:
Ze zijn erg moeilijke tam te maken, het blijven tenslotte wilde dieren
Ze ruiken (stinken) heel erg in huis en zijn derhalve ook bijna niet in huis te houden.
Het zijn echte roofdieren en als ze per ongeluk los raken zijn konijnen, cavia’s en noem de kleinere dieren maar op in groot gevaar.
Je hebt voldoende ruimte nodig om ze lekker buiten te laten lopen en een droog, en vorstvrij binnenverblijf.
Als je aan dit alles kunt voldoen en je weet zeker dat je ervoor wilt gaan dan kun je op zoek naar een leuk paartje wasbeerhondjes.