In zonnepanelen wordt zonne-energie
omzet in stroom. Zonnepanelen staan ook bekend als PV-panelen, naar
het Engelse “Photo Voltaic”. Zonnecellen bestaan uit twee laagjes
waartussen, onder invloed van zonlicht, elektriciteit ontstaat. Er
zijn verschillende soorten zonnepanelen, met behalve bijvoorbeeld
verschillende merken en toepassingen verschillende materialen als
amorf silicium, mono-kristallijn en poly-kristallijn silicium.
Zonnepanelen staan niet op zichzelf maar maken deel uit van een
systeem, dat behalve uit de panelen uit omvormers en bedrading
bestaat. Net als de verschillende soorten zonnepanelen, zijn er ook
verschillende systemen voor verschillende toepassingen. Vaak wordt de
opgewekte stroom aan het elektriciteitsnet geleverd, direct gebruikt
of opgeslagen in accu’s. Een van de laatste ontwikkelingen is het
oprolbare zonnepaneel. Dit lijkt een beetje op een strandmatje en is
in verschillende formaten verkrijgbaar. Deze zonnepanelen zijn
speciaal geschikt voor het opladen van je portable computer, camera
en mobiele telefoon op plaatsen zonder elektriciteitsnet.
Het vermogen van zonnecellen wordt
uitgedrukt in de eenheid Watt-piek (Wp), de opbrengst van een
zonnepaneel onder optimale omstandigheden. In Nederland en België
wordt het ideale resultaat bijna nooit gehaald. Daarnaast wordt er
bij het omvormen van de stroom een deel van de energie in warmte
omgezet, die dus verloren gaat. In de praktijk moet je het vermogen
aan Watt-piek met 0.8 vermenigvuldigden om tot de jaaropbrengst in
kWh te komen. Een zonnepanelen-systeem met een vermogen van 600Wp
levert omgerekend zo’n 480 kWh stroom per jaar. De elektriciteit die op deze manier
wordt gewonnen is een vorm van duurzame, “groene” energie. Dat de
toepassing van zonnepanelen niet wijdverbreid is, komt omdat
zonnepanelen vrij kostbaar zijn in aanschaf. Pas op langere termijn
gaan ze een kostenbesparing opleveren, waarmee investeren in
zonnepanelen zeker zinvol is. Behalve voor het milieu, ook uit
economisch oogpunt, want de prijs voor elektriciteit stijgt ieder
jaar weer rond de 10%.
Omdat de aanschaf van zonnepanelen een
flinke investering is, zul je je goed moeten informeren. Het gaat
daarbij niet alleen om de laagste prijs, maar over de kwaliteit en
het rendement van de zonnepanelen en om de situatie van je woning,
zoals de vorm en oriëntatie van je daken. Toch kunnen zelfs de
goedkoopste zonnepanelen een aantrekkelijke mogelijkheid zijn, want
de levensduur ligt boven de 15 jaar en in die periode haal je de
investering er zeker uit. Een belangrijk gegeven in de afweging van
de aankoop van zonnepanelen is de terugverdientijd. Deze is
afhankelijk van verschillende factoren, zoals het aantal zonnepanelen
en het rendement ervan, de aanschafprijs en of je zelf installeert of
het laat doen. Ook eventuele subsidies zijn van invloed op de
terugverdientijd. Zowel in Nederland als in België bestaan
landelijke subsidieregeling en daarnaast ook nog lokale per gemeente
en provincie. Om je investering in zonnepanelen rendabel te krijgen,
is het dus verstandig goed na te gaan uit welke potjes je precies
subsidie kunt krijgen en welke voorwaarden aan de zonnepanelen worden
gesteld. Ook kun je voor een zonnepanelen-systeem kiezen dat in staat
is om de niet gebruikte stroom aan het energiebedrijf te verkopen,
hetgeen je terugverdientijd nog eens verder verkort.
Uiteraard is dit artikel te kort om
alle in’s en out’s van zonnepanelen uit de doeken te doen. Als je je
verder wilt informeren kun je op Zonnepanelen.net je licht op
steken.