Geestelijke ongenoegens
Een vrouw kan zowel lichamelijke geestelijk klachten ondervinden aan de overgang. Het is, hoe je het wend of keert, toch een overgang naar een andere levensfase. Een levensfase die veel vrouwen zwaar valt en dit heeft dan weer te maken met het gegeven dat “erbij horen” past bij de jonge vitale en vruchtbare vrouw en dit stadium ben je officieel gepasseerd. De levenswijsheid die een vrouw van middelbare leeftijd meebrengt, wordt lager ingeschat. Dit in tegenstelling tot de oosterse cultuur.
Fysieke ongenoegens
Veel vrouwen staan er niet bij stil dat de overgang al veel eerder begonnen kan zijn dan zij merken. Dit kan oplopen tot zo’n 8 jaar. De fysieke klachten zijn genoegzaam bekend, zoals:
Opvliegers (plotseling stijgende lichaamstemperatuur die ook heel snel weer weg kan zijn)
Slecht slapen (korte slaapperiodes en die onderbreking is vermoeiend)
Geen zin om te vrijen (de vagina verandert ook en er wordt minder snel vochtig, want zelfs tot behoorlijke pijn kan leiden)
Humeurig gedrag (wat nauwelijks te verklaren valt en waar geen aanleiding toe is)
Wat yoga kan doen
Als je yoga een rol wil laten spelen je lichaam soepel te houden, vermoeidheid tegen te gaan én op gewicht te blijven, dan zijn er een aantal oefeningen die – bij regelmatige toepassing – prima kunnen werken.
Het is altijd goed om op je ademhaling te letten, maar bij yoga is dat een must. Concentreer je op je ademhaling, haal diep adem door de neus en adem ook weer uit via de neus, maar dan net iets langzamer dan de inademing. Voel het zuurstofrijke bloed door je aderen stromen en werk dagelijks enkele oefeningen af (met lekker zittende kleding die voldoende bewegingsvrijheid geeft). Enkele voorbeelden die prettig voelen bij overgangsklachten.
Ademen met pauzes – Ga op een stevige, maar niet te harde ondergrond liggen met je hoofd en je bovenlichaam net iets hoger dan de rest van je lijf. Werk bij voorkeur met kussens om de verschillende te bewerkstelligen. Je armen leg je rustig iets van je lichaam verwijdert op de grond en je benen liggen iets uit elkaar. Ontspan nu. Adem vervolgens in alle rust in en weer uit, maar laat tussen je uitademing en een nieuwe inademing enkele tellen een leegte vallen. Alsof je ademhaling kort pauzeert. Doe dit enkele minuten en eindig de oefening met een grote diepe in- en uitademing (zoals een diepe zucht kan gaan).
Halve kaars – Ga op je rug liggen en breng op een uitademing de benen gestrekt en tegen elkaar hoog in de lucht en ondersteun je heupen met je handen. Zet je ellebogen stevig in de grond om zo je lichaam hierop te laten rusten. Adem goed door richting de buik en trek je bekkenbodemspieren aan en ontspan. Herhaal zit zo’n vijf keer, maar als het niet direct lukt begin je met twee maal en bouw het rustig op.
Zittende tang – Ga rechtop zitten met je benen recht vooruit. Duw je zitbotten goed in de grond en leg een stevig kussen op je bovenbenen. Bij de inademing de armen gestrekt omhoog brengen en bij de uitademing leg je de armen over het kussen richting je voeten. Je hoofd mag rusten op je kussen en zorg dat je diep ademhaalt en weer dit weer richting je buik. Die deze oefening zo’n twee minuten.
Vlinder – Ga op een kussen zitten en zet de onderkant van je voeten tegen elkaar. Trek je voeten nu zo dicht mogelijk richting je vagina en laat de knieën zover mogelijk naar de grond gaan, je voelt de spieren in de bovenbenen zich aanspannen. Zet nu je handen achter je en maak een rechte rug. Ontspan je hoofd in deze houding en laat de ademhaling in je buik terecht komen. Dit een tot twee minuten volhouden.
Ontspan –; Sluit af met een ontspanningsoefening waarbij je op een vlakke ondergrond gaat liggen. Armen haaks op je lichaam naar buiten gericht met de handpalmen omhoog en de benen iets uit elkaar recht op de grond. Concentreer je nu op je ademhaling en voel je borstkas omhoog komen op een inademing. Zuig de lucht via de neus naar binnen, wacht een tel of wat en adem dan iets rustiger uit. Blijf dit gedurende een minuut of wat herhalen en voel het zuurstofrijke bloed door je lichaam stromen. Langzaam verdwijnt de onrust, de spanning uit je lichaam. Als het niet in een minuut lukt, mag je dit langer volhouden.