Is er leven op andere planeten?

0
1215
blog placeholder

Buitenaards leven is leven dat afkomstig is van andere planeten dan de aarde. Of het bestaat of niet weet niemand en een ieder denkt er het zijne of hare van. Degenen die niet geloven dat het bestaat zeggen dat er nog geen enkel bewijs voor is gevonden. Maar evengoed geldt, dat er ook geen bewijs geleverd kan worden dat het niet bestaat.

De kans dat buitenaards leven bestaat is wel heel erg groot. Die kans heeft te maken met het gigantische aantal planeten in het heelal. Zelfs al is er maar een klein aantal daarvan geschikt voor leven, bijvoorbeeld door een voor levende wezens geschikte atmosfeer, dan nog zou dat nog een behoorlijke hoeveelheid zijn. Volgens deze gedachtegang is het heelal vol met door intelligente wezens bewoonde planeten. Maar, als er dan zoveel bewoonde planeten zijn, blijft het vreemd is dat wij daar niets van merken. Er wordt namelijk wel vrij gericht naar gezocht.

De zoektocht naar buitenaards leven

Dit gebeurt momenteel op twee manieren. Om te beginnen worden er ruimtesondes gestuurd naar hemellichamen in ons zonnestelsel, die mogelijk geschikt zouden kunnen zijn voor leven. Dit gaat dan om de planeet Mars, de Jupitermaan Europa en de Saturnusmaan Titan. Men vermoedt dat hier mogelijk leven is, maar waarschijnlijk geen intelligent leven waarmee we zouden kunnen communiceren. Buiten ons zonnestelsel wordt er gezocht via radiotelescopen. Men zoekt specifiek naar kunstmatige patronen in radiogolven, die wijzen op een intelligente afzender. De universiteit van Berkeley is hier sinds de jaren negentig van de vorige eeuw mee bezig in het zogenaamde SETI-project. Binnen dit project wordt op twee manieren naar buitenaardse boodschappen gezocht. Allereerst zoeken de radiotelescopen van SETI op gerichte doelen. Dit zijn zo´n 850 zonachtige sterren die zich bevinden binnen een straal van 75 lichtjaar van de aarde. Men verwacht hier de meeste kans op buitenaards leven omdat wij immers ook bij en dankzij een zonachtige ster leven: onze zon. Daarnaast wordt via het Deep Space Network gezocht naar signalen van veel verder weg.

Via deze twee strategieën zoeken de wetenschappers van de universiteit naar buitenaardse signalen van intelligent leven. De gegevens die de telescopen opvangen worden naar computers gestuurd en vervolgens geanalyseerd, om te bepalen of er ook echt patronen in de radiogolven zitten die wijzen op een intelligente bron. Door de gigantische hoeveelheid gegevens kost dit analyseren veel rekentijd van de computers van Berkeley. Om deze reden heeft men jaren geleden een project bedacht, waarbij mensen thuis de gegevens van de radiotelescopen kunnen analyseren. Om mee te helpen moet je een gratis programma downloaden, dat de gegevens downloadt, analyseert en na analyse weer terugstuurt naar de universiteit. Meer informatie hierover vind je bij SETI@Home.

Zal communicatie mogelijk zijn?

Mochten buitenaardse ruimtevaarders toevallig aardse ruimteschepen, zoals de Pioneer en de Voyager, vinden dan krijgen zij ook een boodschap. Aan boord bevinden zich een plaquette en een grammofoonplaat met gegevens over de locatie over de aarde en hoe haar bewoners eruit zien.

Het probleem met dit soort boodschappen is dat het maar de vraag is of eventuele buitenaardse ontdekkingsreizigers, zelfs al hebben ze een vergevorderde technologie, ook op dezelfde wijze als wij communiceren. Met andere woorden: hoe groot is de kans op buitenaards leven dat niet alleen intelligent is, maar ook nog eens over een pick-up beschikt om de aardse grammofoonplaat te kunnen beluisteren.

Ditzelfde geldt voor de radioboodschappen waar SETI naar zoekt. De buitenaardse beschaving waar de boodschappen van kunnen worden ontvangen, moet technologisch precies even ver en volgens dezelfde principes ontwikkeld zijn als wij. Zijn ze minder ver ontwikkeld dan versturen ze geen radioboodschappen. Zijn ze verder ontwikkeld dan zullen ze allang geen radio meer gebruiken. En hebben ze zich heel anders ontwikkeld, dan zullen ze ook hele andere communicatiemiddelen gebruiken die wij niet kunnen ontvangen met de aardse radiotelescopen.

En stel dat er wel een keer radiocontact zal zijn, dan is het met de gebrekkige aardse technologie niet te doen om even bij elkaar op bezoek te gaan. Door de astronomische afstanden tussen de sterrenstelsels duurt zo´n reis te lang. In sciencefiction-films wordt het altijd simpel voorgesteld, de wezens zijn meestal mensachtig en spreken bijna zonder uitzondering Engels met een Amerikaans accent. In de realiteit is dit niet denkbeeldig. Of wij nu de enigen in het heelal zijn of niet, zolang wij nog geen andere levensvormen ontmoet hebben, zullen onze voorstellingen van buitenaards leven vooral erg “aards” zijn. In een bekende grap schuilt een hoop wijsheid: het beste bewijs voor intelligent buitenaards leven is het feit dat zij nog nooit contact met ons hebben gezocht. Hoewel ook daarover verschillende meningen bestaan. Er zijn veel mensen die beweren ontvoerd te zijn door buitenaardse wezens en zelfs een gedetailleerde beschrijving kunnen geven van de ontvoerders. Buitenaardse soorten als de Grijzen en het Nordisch type worden in deze verslagen veel genoemd. Het is wel opvallend dat dit al wereldwijd gebeurde in de vijftiger jaren van de vorige eeuw. Tegenwoordig is zo´n fenomeen simpel te verklaren als via internet verspreidde massahysterie, maar in die periode hadden mensen nog maar net radio en TV en communiceerden via pen en papier. Zou het dan toch?

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here