Het politieke systeem
Het doel van politiek is het voor burgers mogelijk maken om deel te nemen aan de macht die de middelen die een maatschappij tot haar beschikking heeft verdeelt. Om politiek hanteerbaar te maken, of eigenlijk kan ik beter schrijven werkbaar, hebben we in Nederland er voor gekozen om te werken met een vertegenwoordigingsdemocratie. Dat betekent dat iedere stemgerechtigde Nederlander, dat is iedereen ouder dan achttien jaar met een Nederlands paspoort, mag stemmen als er verkiezingen zijn. Daarbij maakt het niet uit of het gaat om landelijke, provinciale of gemeentelijke verkiezingen. Tijdens zo’n verkiezing krijg je als kiezer een lijst met namen geordend naar politieke partij waaruit je één naam mag kiezen. Dus als er bijvoorbeeld drie politieke partijen zijn die elk vijf mensen aanbieden, dan krijg je een lijst met 15 namen opgesplitst in drie kolommen waaruit je één naam mag kiezen.
Partij 1
Partij 2
Partij 3
❍ Dhr. Voornaam11 Achternaam11
❍ Dhr. Voornaam21 Achternaam21
❍ Mw. Voornaam31 Achternaam31
❍ Mw. Voornaam12 Achternaam12
❍ Dhr. Voornaam22 Achternaam22
❍ Mw. Voornaam32 Achternaam32
❍ Dhr. Voornaam13 Achternaam13
❍ Mw. Voornaam23 Achternaam23
❍ Dhr. Voornaam33 Achternaam33
❍ Dhr. Voornaam14 Achternaam14
❍ Dhr. Voornaam24 Achternaam24
❍ Mw. Voornaam34 Achternaam34
❍ Mw. Voornaam15 Achternaam15
❍ Dhr. Voornaam25 Achternaam25
❍ Mw. Voornaam35 Achternaam35In Nederland is de situatie niet dat we drie partijen hebben met vijf deelnemers per partij. In Nederland verschilt het aantal politieke partijen per niveau van het politieke systeem. Zo kennen we op landelijk niveau 42 partijen die meedoen aan de verkiezingen. Op provinciaal niveau zijn er 31 politieke partijen, waarvan 12 ook landelijk opereren. Op lokaal niveau zijn het er een paar honderd, omdat bijna iedere gemeente één of meerdere lokale partijen kent plus nog 11 partijen die landelijk en provinciaal actief zijn.
Een overzicht van alle politieke partijen is terug te vinden op de webpagina over Politieke partijen van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen van de Rijksuniversiteit Groningen.
Maar met weten welke politieke partijen er zijn ben je er natuurlijk nog niet. Want het doel van de burger om te stemmen op een politiek partij is niet gokken op welke partij het grootste wordt. Hoewel er vast wel mensen zullen zijn die op die manier in het stemhokje staan. De burger ziet de politiek als een instrument om zijn belangen te behartigen bij het verdelen van de middelen die de maatschappij gezamenlijk wil inzetten in het belang van alle bewoners van Nederland. Een kiezer zal dus op een bepaalde politieke partij stemmen, omdat de plannen van die politieke partij het beste passen bij wat die kiezer wil.
Dus een burger die vindt dat sterke schouders recht hebben om te houden wat ze verdienen zal niet op een partij stemmen die vindt dat sterke schouders meer moeten bijdragen aan de maatschappij.
Politieke partijen
Nu zou ik hier een overzicht kunnen geven van alle politieke partijen en hun ideeën en plannen. Maar dat zou een artikel produceren van meerdere pagina’s. Wat ik hier wil doen is een overzicht geven van de 10 politieke partijen die op landelijk niveau in de tweede kamer actief zijn op dit moment. Waarbij ik kort aangeef wat hun politieke ideologie is. Dus niet eens hun plannen. Niet omdat die plannen niet interessant zouden zijn, maar omdat de plannen met iedere verkiezing wijzigen. Zo riep bijna iedere politieke partij in 2010 bij de verkiezingen dat de hypotheekrente aftrek heilig was. Nu twee jaar later en een flinke financiële strop voor de landelijke overheid en de hypotheekrente is een bespreekbaar onderwerp om geld vrij te maken om de begroting op orde te krijgen.
Politieke partij
Uitgangspunten
Publieke gerechtigheid: een rechtvaardige overheid die samenleven mogelijk maakt;
Gespreide verantwoordelijkheid: Mensen moet de mogelijkheid krijgen om hun verantwoordelijkheid te nemen tegenover de maatschappij;
Solidariteit: Mensen leven samen en moeten samenleven, daarbij geholpen door basisvoorzieningen die de overheid levert;
Rentmeesterschap: Goed omgaan met de wereld, want ook de generaties na ons moeten in een leefbare wereld kunnen leven.
Zorgen voor elkaar: Heet ook wel solidariteit.
Duurzame economie: Zorgen dat we onze verantwoordelijkheid nemen voor de verplichtingen die we op ons hebben genomen.
Geloofs- en gewetensvrijheid: Ieder mens moet kunnen geloven volgens zijn eigen geloof en geweten en niet ingeperkt worden omdat hij een bepaald geloof aanhangt.
Jeugd, gezin en onderwijs: Mensen zijn er om elkaar te helpen, daarom is het gezin belangrijk, maar ook de jeugd en het onderwijs.
Vrije individuen: Als mensen voor zichzelf kunnen zorgen dan moet dat kunnen, maar mensen moeten ook voor elkaar zorgen.
Vernieuwen, hervormen, investeren: Mensen moeten meer zelf gaan doen vanuit hun eigen mogelijkheden, voordat ze hulp vragen bij anderen. Het gaat om ontplooien.
Van nature optimistisch: Vertrouwen op de eigen kracht van mensen, die weerbaarder en zelfstandiger zijn.
Menselijke en duurzame samenleving: Een samenleving die sociaal, rechtvaardig, schoon, veilig en verbonden is en zorg heeft voor elkaar.
Duurzame toekomst
Emancipatie
Gelijke kansen
Vrijheid: Iedereen moet de kansen en de mogelijkheden krijgen om de vrijheid te gebruiken.
Democratie: De burger moet de kans krijgen en aangesproken worden om zijn verantwoordelijkheid te nemen tegenover zichzelf en de samenleving.
Rechtvaardigheid: Ieder mens heeft recht op bestaanszekerheid zodat men een volwaardige deelnemer van de samenleving kan zijn.
Duurzaamheid: Groei moet selectief en duurzaam zijn.
Solidariteit: Saamhorigheid en lotsverbondenheid vormen de basis.
Politieke partij
Uitgangspunten
Vreedzaam omgaan met de aarde
Reductie in gebruik van ruimte, energie, grondstoffen, planten en dieren
Duurzaam gebruik van de natuur
Zorgvuldige en liefdevolle omgang met natuur en dieren
Staatkundig Gereformeerde Partij
Een christelijk Nederland: Een bijbelse politiek en een christelijke cultuur en traditie. Ieder mens tot zijn recht laten komen.
Het gezin: Een veilige plek met warmte, geborgenheid en liefde. De positie beschermen en verbeteren zodat ouders niet uit financiële noodzaak voor werk kiezen.
Solidariteit: Een sociaal vangnet voor de kwetsbaren in de samenleving. Terwijl de burger zijn verantwoordelijkheid kent.
Veiligheid: Meer politie op straat, een strengere strafmaat en misdaad groot of klein die niet loont.
Verantwoorde vrijheid: Vrijheid van meningsuiting, verantwoordelijkheid en recht doen aan verscheidenheid.
Duurzame leefomgeving: Zorgvuldig omgaan met de schepping waarbij boeren en vissers de kans krijgen zich te ontwikkelen een aan te passen.
Gezonde economie: Een efficiënte overheid die zich richt op haar kerntaken onderwijs, veiligheid, innovatie, mobiliteit en duurzaamheid.
Menselijke waardigheid: Omstandigheden creëren zodat mensen bestaanszekerheid kunnen opbouwen. Recht op meningsuiting, zorg, onderwijs, respect, werk en democratie.
Gelijkwaardigheid: Betekent tolerantie, afwezigheid van discriminatie en achterstelling en ongemotiveerde bevoordeling.
Solidariteit: Elkaar helpen en voor elkaar zorgen.
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie
Vrijheid: Recht van ieder mens zonder discriminatie. Er zijn grenzen aan als de vrijheid van een ander wordt belemmerd, dus ook toekomstige generaties.
Verantwoordelijkheid: Besef van verantwoordelijkheid en dragen van de gevolgen van je daden.
Verdraagzaamheid: De ander vrij laten, geen klassenstrijd of terreur van minder- of meerderheden. Verdraagzaamheid tussen groepen. De overheid garandeert geestelijke, staatkundige en maatschappelijke vrijheid.
Sociale rechtvaardigheid: Iedereen gelijke kansen, bijstand indien nodig, Ongelijkheid moet zoveel mogelijk opgeheven worden.
Gelijkwaardigheid: Iedereen heeft recht op geestelijke, staatkundige, maatschappelijke vrijheid, ongeacht zijn geestelijke overtuiging, huidskleur, nationaliteit, seksuele geaardheid, geslacht of status.
Vergelijken
Dit is een behoorlijke lijst aan politieke partijen die landelijk actief zijn. Wat opvalt is dat sommige partijen vrij duidelijk zijn over hun uitgangspunten, terwijl andere partijen eigenlijk politieke doelstellingen publiceren. Wat misschien wel het sterkste opvalt aan de uitgangspunten dat bijna alle Nederlandse politieke partijen vergelijkbare uitgangspunten kennen. De meeste hebben het over solidariteit, gelijkwaardigheid, vrijheid. Je zou zelfs kunnen spreken van de uitgangspunten van de Franse revolutie: Fraternité, Egalité, Liberté.
Blijkbaar zijn er wat betreft uitgangspunten niet zoveel verschillen tussen Nederlandse politieke partijen. Blijft uiteindelijk de vraag over:
Hoe kan het dat partijen die zulke vergelijkbare uitgangspunten hebben, het zo moeilijk vinden om met elkaar samen te werken aan het op orde houden van de Nederlandse staat?Nog iets aparts wat je zou kunnen opvallen is dat in de Nederlandse politiek er maar vier kleuren gebruikt worden: Blauw, Groen, Oranje en Rood. Waarbij de partijen die links worden gesitueerd rood gebruiken. De partijen die zichzelf in het midden van het politieke spectrum zien groen gebruiken. Terwijl de partijen die rechts op de politieke schaal staan blauw en oranje gebruiken. Een uitzondering op deze kleur scheiding van de partijen is de PVV die rood en blauw in haar logo gebruikt.