De koekoek is een trekvogel. De vogel overwintert in Afrika en komt eind april terug. De vrouwtjes zoeken hun geboorteplaats op om daar eitjes te gaan leggen in de nesten van andere vogels. Deze vogels broeden het ei uit en zorgen voor het koekoeksjong totdat deze groot genoeg is om voor zichzelf te kunnen zorgen.
Uiterlijke kenmerken van de koekoek
De koekoek lijkt op een sperwer. De kleur is meestal grijs of bruin en de vogel heeft een bandtekening onder de borstveren. De vleugels van de koekoek hangen wat naar beneden. De vogel is ongeveer 35 cm groot. Hij is schuw en vliegt laag boven de grond waardoor hij niet gemakkelijk te zien is.
De paring
De koekoek overwintert in Afrika. Het is dus een trekvogel. De mannetjes lokken met hun koekoek geroep de vrouwtjes. Elk op zijn eigen toon en in zijn eigen tempo. Ook weren ze op deze manier andere mannetjes uit hun territorium. De vrouwtjes die op het geroep van de mannetjes in gaan beantwoorden deze met een soort gegiechel. De paring vindt plaats en de vrouwtjes gaan op zoek naar de nesten van andere vogels om hun eieren in te leggen. Een vrouwtje kan wel 10 tot 15 eieren leggen.
Het leggen en uitbroeden van de eieren
Het koekoeksvrouwtje gaat naar haar geboorteplaats om eieren te leggen. Er moeten voldoende nesten zijn op een beschutte plek en er moet voldoende voedsel te vinden zijn. De koekoek houdt van harige rupsen die giftig zijn voor andere vogels. Het vrouwtje legt haar eieren in de nesten van andere vogels de zogenaamde waardvogels. De koekoek kan als soort eieren leggen in 15 tot 20 verschillende kleuren maar elk vrouwtje kan één vogelsoort imiteren. Ze wacht op een beschutte plek haar kans af en als het nest even alleen wordt gelaten slaat ze toe. Ze neemt een ei uit het nest en legt er zelf een ei in. Dit alles gebeurt in een paar seconden. Omdat het ei lijkt op de eieren van de waardvogel wordt het geaccepteerd en uitgebroed. Het ei van de koekoek komt eerder uit dan de andere eieren. De koekoek legt haar eieren in de nesten van o.a. de heggenmus, (die elk ei accepteert) de kleine karekiet en de graspieper.
De jonge koekoek
Als de jonge koekoek uit het ei is gekomen begint hij met het verwijderen van de andere eieren of vogels uit het nest. Met een speciale holte op zijn rug duwt hij ze uit het nest. Als er toch nog een jong achterblijft, heeft deze geen schijn van kans om te overleven. Het koekoeksjong eist al het voedsel op met zijn felgekleurde snavel en hij groeit als kool. Na een paar weken past hij niet meer in het nest. Na een week of drie kan de jonge vogel vliegen. De hele zomer kan de koekoek gebruiken om op krachten te komen voordat hij in september naar Afrika vliegt zijn ouders achterna die al eerder vertrokken zijn. In april keert hij terug en begint de cyclus opnieuw