Een goed wasresultaat hangt van verschillende factoren af die in dit artikel aan bod komen. Het begint met het sorteren van de was waarbij rekening wordt gehouden met de voorschriften op de waslabel. Daarna kan de was in de wasmachine worden geladen en wordt de keuze gemaakt voor het juiste wasmiddel. Door op een lagere temperatuur te wassen wordt energie en dus geld bespaard.
Het sorteren van de was
Het sorteren van de was gaat heel gemakkelijk door meerdere wasmanden te plaatsen. Handdoeken, witte en bonte was worden van elkaar gescheiden en dat scheelt tijd bij het sorteren. Naast sorteren op kleur moet ook rekening worden gehouden met de symbolen op de waslabel. Was tere stoffen altijd apart om beschadigingen te voorkomen.
Sorteer de was op wit, lichtbont, donkerbont en fijnwas. Handdoeken en ondergoed kunnen bij elkaar en worden op een hogere temperatuur gewassen. Was nieuwe gekleurde of niet kleurechte textiel altijd een paar keer apart om het te veel aan kleurstof te verwijderen.
Was kledingstukken binnenstebuiten om ze te beschermen tegen wrijving en slijtage. Sluit ritsen en was lingerie in een waszak zodat scherpe delen de andere was niet kunnen beschadigen.
Stop de trommel niet te vol want er moet genoeg water zijn om het wasmiddel in op te lossen. De was in een te vol geladen trommel neemt al het water op waardoor het wasmiddel niet goed op kan lossen en er zeepresten op het wasgoed achter blijven. Deze witte vlekken kunnen worden verwijderd door de was een keer extra te spoelen.
Het wasgoed kan beter door de trommel bewegen als deze niet te vol geladen is en dat geeft een beter wasresultaat. Er moet een handbreedte ruimte tussen de bovenkant van de trommel en het wasgoed zitten.
Het wasmiddel
Er kan gekozen worden uit veel verschillende wasmiddelen zoals poeder, tabletten, gels en vloeibare wasmiddelen. Voor de witte was is er een witwasmiddel. Dit bevat bleek waardoor de was witter wordt. Het wasmiddel is minder geschikt voor een bonte was omdat het kleuren vervaagd.
– poeders zijn naar eigen inzicht te doseren. De poeder kan in een wasmiddellade worden gedaan.
– Tabletten kunnen in de wasmiddellade worden gelegd maar ook in de trommel. Leg de tablet onderin de trommel aan de achterkant en leg het wasgoed er bovenop.
– Gels zijn eenvoudig in gebruik en ook geschikt voor het draaien van een koudwasprogamma. De gel kan in een speciale doseerdop bovenop het wasgoed worden gelegd.
– Vloeibaar wasmiddel is ook geschikt om vlekken in wasgoed mee voor te behandelen omdat vloeistoffen snel oplossen. Het wasmiddel geeft het beste resultaat als het in een doseerbol bovenop het wasgoed wordt gelegd.
Fijnwasmiddelen zijn geschikt voor tere weefsels omdat ze extra zacht zijn. Er zijn verschillende varianten voor bijv. donkere kleding of wol.
Doseren
De dosering van het wasmiddel hangt af van:
– De vervuiling
– De hoeveelheid was in de trommel
– De hardheid van het water
Licht verontreinigd wasgoed heeft minder wasmiddel nodig dan sterk verontreinigde was. Dit is nodig om het vuil te verwijderen en om te voorkomen dat het vuil weer neerslaat op de was. Gebruik voor grauwe was wat meer wasmiddel zodat het vuil zwevend in het waswater gehouden wordt.
– Onder lichtverontreinigde was wordt wasgoed verstaan dat alleen opgefrist hoeft te worden zoals jasjes.
– Onder normaal verontreinigde was valt kleding die een dag gedragen is en zichtbare of onzichtbare vlekken kan hebben zoals overhemden.
– Sterk verontreinigd wasgoed is meer dan een dag gedragen of met sterke lichaamsverontreiniging zoals ondergoed, handdoeken en sokken.
– Extra vieze was is bijv. thee en vaatdoeken.
Let bij het doseren ook op de grootte van de trommel, 5, 7 of 10 kg.
De hardheid van het water is ook van invloed op de dosering. Kalk heeft een negatieve invloed op de werking van wasmiddelen. Een goed wasmiddel bevat speciale ingrediënten die het water zachter maken. Het gebruik van te veel wasmiddel geeft schuimvorming. Zoek op internet naar de waterhardheid in uw woonplaats en pas de dosering aan.
Wasverzachter
Het wasgoed in de trommel heeft een negatieve lading. In wasverzachters zitten positief geladen deeltjes. Ze trekken elkaar aan tijdens de laatste spoeling en de wasverzachter laat een zacht laagje achter op het wasgoed. Het wasverzachterbakje kan worden gevuld voor het wassen. Gebruik niet te veel wasverzachter. Als het bakje te vol zit komt de wasverzachter tijdens het wassen in de trommel en vermindert de werking van het wasmiddel.
De voordelen van wasverzachter
– minder statische kleding
– kleding kreukt minder
– kleding is gemakkelijker te strijken
– kleuren worden beschermd
– de droogtijd is korter
Wassen op lage temperaturen
Wassen op een lagere temperatuur bespaart energie en dus geld bovendien is het beter voor het milieu. Licht vervuild wasgoed kan op een lage temperatuur gewassen worden. Voor vervuild wasgoed is een hogere temperatuur beter. De meeste wasmiddelen werken goed op lage temperaturen.
Onderhoudswasbeurt – Was 1 keer per 6-8 weken op 60-90 graden zonder wasgoed met wasmiddel dat bleek bevat. Het verwijdert nare geurtjes uit de wasmachine
